4-19 Heb er maar vertrouwen in: als alles open komt, blijkt alles op een meest ideale manier te gaan


Jaargang 4 nr. 19 (1 december 2003)

Gerard zei al eens: je bent fan van Sinterklaas. Ja, vorige jaren heb ik wel over Hem gesproken als het voorbeeld van maya, de wereld waarin je gelooft, die zo spannend is dat je ervan droomt, waarin je mooie dingen kan krijgen. Deze zet zich voort totdat je doorkrijgt dat Ome Willem achter de baard en de rode mantel zit. Sinterklaas wordt ontmaskerd, de keizer heeft geen kleren aan, een wereld valt in duigen. Alles was zo mooi, maar het geloof erin blijkt een illusie.
Deze bewustwording hoort bij het volwassen worden. Maar ... moet je eens zien hoe groot het sinterklaasgehalte is van de wereld van de zogenaamde volwassenen, hoe zeer zij achter illusies aan lopen. Waar vind je nu werkelijk volwassenheid?
De vorige woensdag sprak ik over de verlanglijstjes. In het luxe Nederland en België hoeven de gewone cadeautjes niet meer zo. Prullaria is er al genoeg. Toch zijn de verlanglijstjes niet leeg, in tegendeel. ‘Ik wil dit, ik wil dat’ gaat door, een lange lijst. Het verlangen is oneindig. Met het sinterklaasfeest was er soms een teleurstelling dat dat mooie cadeautje dat boven aan de lijst stond, er niet bij was: een stukje lijden. Deze structuur ik-verlang-ik-lijd gaat blijkbaar door. Ook al is het illusoire van de sinterklaaswereld doorzien, de betoverende wereld van het verlangen en van het ik zet zich maar al teveel door. Onbegrijpelijk.

In de serie ‘Ad interim’ verscheen De ander en ik. In een Indonesisch boek verschijnt een Engelse vertaling van mijn bijdrage, met daarbij een aanvulling vanuit de Indonesische traditionele cultuur. Deze aanvulling is te vinden als bijlage.

Tekst
Gesprek 5 april 2003 op de Hoorneboeg, deel 6
[vervolg over het bewustzijn waarin verschijnselen opkomen]

Dat geldt voor de meest afgrijselijke vormen en de meest goddelijke vormen? Ze verschijnen maar en je wordt er niet meer bang of verrukt van?
Juist. En ze verdwijnen ook weer.

In die heldere spiegel kunnen de dingen gemakkelijker oplossen. Heeft hij die functie?
Ga weer terug naar je eigen ervaring. Dan merk je dat bepaalde dingen de neiging hebben om zwaar te worden. Maar wat betekent dat wanneer iets de neiging heeft om zwaar te worden? Dat je meegaat naar een ander niveau, een andere wereld, waar je een bepaald standpunt hebt. Daar komen de dingen op je af, dan krijg je die zwaarte. Dus het is niet zozeer dat de beelden zwaar worden, nee, het meest essentiële is dat je zelf de neiging ervaart naar een ander niveau en in een bepaalde lichamelijke identiteit te glijden. Dat kun je in het grote bewust-zijn herkennen. Dan wordt het mechanisme duidelijk en hoeft het niet meer. Er is een weten.

Met dat weten word jij, dienstdoende in het Amerikaanse leger, naar Irak gestuurd. Je moet de trigger overhalen om een raket af te schieten ...
Allereerst: je wordt naar Irak gestuurd. Daaraan vooraf gaat natuurlijk heel wat, onder andere wat je in je leven als het meest essentiële ziet en dat je dienst doet. Wanneer je als vrijwilliger in het leger gaat, heb je al een bepaalde identiteit, namelijk ‘ik ben Amerikaan en ik wil patriottisch zijn’. Voordat de morele vraag opkomt bij het moeten schieten, is er een bepaalde situatie met een bepaalde persoonlijkheid, een bepaalde nationaliteit, zijn er bepaalde ideeën. Door de identificatie met een bepaalde persoon in een situatie die op een bepaalde manier wordt gedefinieerd, krijg je allerlei verwikkelingen en problemen. Die worden zo goed en kwaad als het gaat opgelost, maar de fundamentele oorzaak van de problemen blijft. Waar het ons om gaat is dat, onafhankelijk van wat er gebeurt, er iets veel belangrijkers is, namelijk jezelf herkennen als vrij van die identificaties. Wanneer dat werkelijk heeft plaats gevonden, zal het leven in zekere zin wel een tijdje doorgaan, maar dan zonder dit soort problemen. Als er een sfeer van openheid is, is niet van tevoren te zeggen hoe dit uitpakt. Als er werkelijk een situatie komt, waarin je iemand anders moet doodschieten omdat we toch hier de baas willen zijn, kan er van alles gebeuren. Het zou best kunnen zijn dat je ‘goeiedag’ zegt en de andere kant uitloopt, maar ook heel ander onverwacht gedrag is dan mogelijk. Het punt is dat alles zonder problemen plaatsvindt en dat kan omdat er geen identificatie is met een persoon die allerlei ik-gedachten heeft. Dat is in een heel vroege fase al zo, dus waarschijnlijk kom je helemaal niet in zo’n moeilijke situatie terecht.

Op het moment dat je wegloopt - wat je net schetst - ben je toch ook al geïdentificeerd met het feit dat je geen moordenaar wilt worden?
Wat ik net heb willen zeggen is dat er van alles kan gebeuren, maar dat alles zonder ego-gerichtheid en daarom probleemloos blijft. Als je zegt: je zult toch kritisch moeten zijn om te zien wat je wel en wat je niet wilt, heb je gelijk. Dat zit allemaal in het spel van het geheel. Daarin gaat het verstand gewoon door. Alleen, er is geen identificatie meer met een ik die zich om zichzelf bekommert. Daarom komen allerlei situaties die bij een beperkte identiteit mislopen, bijvoorbeeld doordat er oogkleppen zijn, niet meer voor. Dat is het allerbelangrijkste. Dus het gaat niet om het directe primaire vlak van dit of dat moeten doen, maar om het vrijkomen van dat vlak. Dan blijkt alles heel anders te liggen. Dan blijken er veel meer mogelijkheden te zijn, juist als je wat meer ethisch denkt. Je vindt die hoge ethische normen waar het gedrag van sommigen aan lijkt te voldoen prachtig. Maar, hoe zou je aan de hoogste ethische normen kunnen voldoen? In ieder geval niet door aan je ego vast houden, maar daarvan loskomen. Dus dat is ook weer die verticale beweging van loskomen. Dan komt alles open en dan zijn al die praktische problemen betrekkelijk. En, dan blijkt alles verder ook op een meest ideale manier te gaan.

Kun je rustig Irakezen doodschieten, als je je er maar niet mee identificeert?
Dat heb ik niet gezegd. Wel: alles blijkt op een meest ideale manier te gaan. Het is gevaarlijk te zeggen dat het niet uitmaakt wat er gebeurt, want dit zeggen mensen die nog ergens geïdentificeerd zijn. Alleen op absoluut niveau: wat maakt het uit?

Dat vind ik niet goed wat je zegt.
Daarom zei ik van tevoren al dat het gevaarlijk is om dat te zeggen in de dualiteit en daarom moet het ook eigenlijk niet gezegd worden.

Nee, maar je moet er wel over nadenken hoe het zit. Er zijn toch vreselijke dingen in de wereld, zoals die grote overstromingen.
Hoe denk je na? Als je op de gewone wijze nadenkt, is er niet het absolute niveau. Het is belangrijk vroeg of laat een notie te krijgen van iets dat vooraf gaat aan al die menselijke normen, zelfs wanneer het gaat om heel zware dingen, dat je een besef krijgt van een sfeer waarin dat allemaal niet speelt. Je kunt er iets van te weten komen als je je een beetje voorstelt wat het voor de zee betekent om ineens door de dijken heen te breken en honderden of duizenden mensen te laten verdrinken. Hoe zit het met die zee? Zit die zee ermee? Nee, helemaal niet. Er zijn bepaalde sferen waarin het menselijke goed en kwaad niet aanwezig is.

Als mens heb je toch…
Ik heb het over de zee. Het is belangrijk kennis van die onmenselijke sferen te hebben, ook omdat het altijd speelt. Natuurlijk zijn er mensen die zeggen dat het allemaal niets uitmaakt, ingehuurd worden en hun werk doen. Natuurlijk. Maar juist daarom is het zo belangrijk er kennis van te krijgen, te zien dat het onmenselijke in ieder mens zit. Het is ook belangrijk er kennis te krijgen van de voorfasen waarin het menselijke met goed en kwaad helemaal niet aan de orde is. Dat is een sfeer die je hebt te nemen, waarin het nu eenmaal zo en zo is. Daarvan kun je je bewust worden en dan merk je op dat ook die sfeer een zelf-zijn is. Je keert terug naar de sfeer waarin nog niets was en alles lost op in de ijlte, in de stilte, in de sfeer voor de schepping. Was er toen sprake van goed en kwaad? Helemaal niet. Dan komt er de schepping en er zijn planten en dieren. En er is nog steeds geen goed en kwaad. Als de mens niet meer bestaat is er ook geen goed en kwaad meer. Alleen bij mensen is dat aanwezig en daar geldt goed en kwaad, dus betrokken op de mens, relatief geldend.

Er is geen tweeheid

als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.


  • Management en non-dualiteit

    In bedrijven en organisaties is meer aandacht gekomen voor de oriëntatie op samenhang, eenheid, heelheid, ongescheidenheid, kortom: non-dualiteit. Wat betekent deze ‘niet-tweeheid’ en op welke wijze kan zij in het eigen werk en in de organisatie doorwerken? Deze vragen staan in dit boek centraal.

  • Naar de Openheid

    De teksten in dit boek zijn geschreven op basis van gesprekken gehouden te Gouda, aangevuld met enkele gedichten en korte teksten met illustratie. 
    Als uitgangspunt dienen steeds bekende gegevens en situaties, waarin verwijzingen zitten naar dat wat niet te beschrijven is, maar dat hier Openheid wordt genoemd.

  • Satsang

    Dit boek is een bloemlezing van satsangs gehouden door Douwe Tiemersma. Bijeenkomsten waarin hij als advaitaleraar de kern van het advaita inzicht doorgeeft.

  • De ander en ik

    Dit boek bevat de lezingen en enkele andere teksten van het 2e Advaita Symposium over de relatie van 'de ander en ik'. De vragen kwamen aan de orde: Wat is de aard van de ander; in hoeverre of in welke zin verschilt de ander van mij en in hoeverre vormen wij een eenheid? De bespreking van deze vragen kon een verheldering geven van problematieken als ‘de aard van het zelf’, ‘de mogelijkheid van communicatie’ (in hoeverre kunnen wij elkaar begrijpen?), ‘de grondslagen van ons morele gedrag’ en ‘de ander als leraar’.

Boeken

Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.

Bekijk het aanbod