41. Humor

Is het mogelijk dat je iets over humor kunt zeggen? Zoals ik dit ervaar is er sprake van humor wanneer een gevormd kader wegvalt. Dan valt een begrip, personage etc. niet meer te plaatsen en wordt het zogenaamd belachelijk. Er ontstaat een ruimer perspectief, en door het ervaren van meer ruimte ontstaat het lachen. Wordt in deze herkenning doorgegaan, dan zou gezien kunnen worden dat humor eigenlijk niets anders is dan het wegvallen van structuren, opgebouwd uit vaste patronen en denkbeelden. Ik zie duidelijk hoe het werkt, maar kan het niet zo goed onder woorden brengen.


Uit het antwoord

Ja, humor relativeert de situatie vanuit een hoger standpunt. Regelmatig komt dat op de satsang naar voren: vanuit een hoger standpunt ineens de belachelijkheid zien van het half blind beperkte ideeën achterna lopen die je eerst als het allerbelangrijkste ziet. Dan is er ineens een uitbarsting van lachen en een vrijkomen ervan.

Het punt is dan dat die relativerende humor geradicaliseerd wordt. Humor blijft maar al te gemakkelijk alledaagse lol. Soms gaat humor verder en geeft het een diepere kijk op het onvermogen en het leed van mensen in hun situatie. Soms slaat de relativering zelfs op de mensheid als zodanig. ‘Komt de aarde een andere planeet tegen in de kosmos en zegt "ik heb mensen opgelopen"; zegt de ander "O, dat gaat vanzelf wel weer over.”’ (in toneelstuk 'MacBeth' van het Noord Nederlands Toneel).

In de relativering heeft echte humor altijd het aspect van loslaten. Als dat totaal wordt, doe je het niet alleen in je broek van het lachen, maar lach je je werkelijk te barsten. Laat het lachen dus maar totaal worden!

Uit Naar de Openheid:

o dat lachen
dat kosmische lachen
dat kosmische lachen van god

met dat lachen
moet ik wel meedoen
met dat kosmische lachen
wel meegaan
ik moet wel opgaan in
dat kosmische lachen van god

Er is geen tweeheid

als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.


  • De elf grote Upanishaden


    De Upanishaden vormen de grondslag van een groot gedeelte van de Indiase filosofie. Ze worden ‘Vedânta’ genoemd, dat is het einde en de culminatie van de Veda’s. De wijsheid die in de teksten naar voren komt is nog steeds een onschatbare bron, zowel in India als daarbuiten. Centraal staat daarin de visie en zijnservaring dat de kern van zelf-zijn identiek is aan de grondslag van wereld en universum.
    In dit boek is een groot gedeelte van de belangrijkste Upanishaden (8e-6e eeuw v.Chr.) opgenomen.

  • Advaita Vedanta - de vraag naar het zelf-zijn

    De actuele vraag ‘wie we eigenlijk zijn’ was het onderwerp van een symposium aan de Erasmus Universiteit Rotterdam op 18 september 2000, waarin vooral de oude Upanishaden en de Advaita Vedânta aan het woord kwamen.

  • Psychotherapie en non-dualiteit

    De psychotherapie en oosterse bevrijdingstradities zoals advaita vedânta en boeddhisme hebben in de laatste jaren een steeds grotere belangstelling voor elkaar gekregen. Ze hebben elk specifieke noties en werkwijzen, maar overlappen elkaar voldoende om een vergelijking mogelijk te maken.
    In dit boek worden diverse westerse psychotherapeutische stromingen en twee bevrijdingswegen die van oorsprong respectievelijk hindoeïstisch (Advaita Vedânta) en boeddhistisch zijn, met elkaar geconfronteerd.

  • Naar de Openheid

    De teksten in dit boek zijn geschreven op basis van gesprekken gehouden te Gouda, aangevuld met enkele gedichten en korte teksten met illustratie. 
    Als uitgangspunt dienen steeds bekende gegevens en situaties, waarin verwijzingen zitten naar dat wat niet te beschrijven is, maar dat hier Openheid wordt genoemd.

Boeken

Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.

Bekijk het aanbod