Nietsnut!


Ik moest deze week denken aan een herinnering. Ik zat op de lagere school in de 5e klas. Op een dag werd de juf (een non overigens) in de klas kwaad op mij en zei tegen me: ‘jij nietsnut!’ Ik kende dat woord niet en vroeg wat het betekende. De klas moest lachen. Nog kwader riep de juf dat ik dat thuis maar in het woordenboek moest opzoeken.’s Avonds toen ik in mijn bedje lag zocht ik het op. Ik weet de definitie niet meer, maar ik kan me nog wel herinneren dat ik moest huilen toen ik het las. Het was voor mij een bevestiging van wat ik al aanvoelde: ‘ik ben nergens goed voor’. Het was (achteraf gezien) het einde van mijn Openheid en het begin van mijn leven als persoon. Nu, de veertig gepasseerd, begint het bij me te gloren dat ‘ik’ inderdaad nergens goed voor is...
Niels

Er is geen tweeheid

als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.


  • Management en non-dualiteit

    In bedrijven en organisaties is meer aandacht gekomen voor de oriëntatie op samenhang, eenheid, heelheid, ongescheidenheid, kortom: non-dualiteit. Wat betekent deze ‘niet-tweeheid’ en op welke wijze kan zij in het eigen werk en in de organisatie doorwerken? Deze vragen staan in dit boek centraal.

  • Advaita Vedanta - de vraag naar het zelf-zijn

    De actuele vraag ‘wie we eigenlijk zijn’ was het onderwerp van een symposium aan de Erasmus Universiteit Rotterdam op 18 september 2000, waarin vooral de oude Upanishaden en de Advaita Vedânta aan het woord kwamen.

  • De ander en ik

    Dit boek bevat de lezingen en enkele andere teksten van het 2e Advaita Symposium over de relatie van 'de ander en ik'. De vragen kwamen aan de orde: Wat is de aard van de ander; in hoeverre of in welke zin verschilt de ander van mij en in hoeverre vormen wij een eenheid? De bespreking van deze vragen kon een verheldering geven van problematieken als ‘de aard van het zelf’, ‘de mogelijkheid van communicatie’ (in hoeverre kunnen wij elkaar begrijpen?), ‘de grondslagen van ons morele gedrag’ en ‘de ander als leraar’.

  • De elf grote Upanishaden


    De Upanishaden vormen de grondslag van een groot gedeelte van de Indiase filosofie. Ze worden ‘Vedânta’ genoemd, dat is het einde en de culminatie van de Veda’s. De wijsheid die in de teksten naar voren komt is nog steeds een onschatbare bron, zowel in India als daarbuiten. Centraal staat daarin de visie en zijnservaring dat de kern van zelf-zijn identiek is aan de grondslag van wereld en universum.
    In dit boek is een groot gedeelte van de belangrijkste Upanishaden (8e-6e eeuw v.Chr.) opgenomen.

Boeken

Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.

Bekijk het aanbod