32 - Onverschilligheid en vrije wil


Heb diverse boeken gelezen van onder andere: Ramana Maharishi, Nisargadatta Maharaj, Wolter Keers, Alexander Smit en andere leraren. Het spreekt me wel aan maar voor mijn gevoel kom ik er niet verder mee. Ik ben nog nooit op een satsang geweest, maar dat komt misschien ooit nog eens. 
Tot op heden ben ik tot de volgende conclusie gekomen over Advaita:

Het leven is een droom. We kennen meer werkelijkheidswaarde toe aan de waaktoestand dan aan de droomtoestand doordat de waaktoestand langer duurt, maar in feite verschillen deze twee niet van elkaar. Met dit als uitgangspunt zou je kunnen zeggen, als het leven toch een droom is, dat het niet uitmaakt wat er in deze droom gebeurt. Immers het is toch maar een droom (ervan uitgaande dat je alles accepteert water op je pad komt). 

Leidt dit niet tot onverschilligheid? Ik bedoel: je kan dan gaan denken 'wat maakt het allemaal uit of ik goed doe of niet, wereldvrede of niet het is toch maar een droom'.

Wat ik ook niet echt begrijp is het onderwerp vrije wil, als ik het goed begrepen heb zegt advaita dat je geen keuze hebt want er is niemand daar die een keuze kan maken. Maar dit vind ik wat vreemd, als ik bij het stoplicht sta kan ik toch kiezen of ik naar links of naar rechts ga, of lijkt dit alleen maar zo?


Uit het antwoord

Over onverschilligheid -
De alledaagse waakwerkelijkheid is inderdaad net als de droom betrokken op de waarnemende persoon, dus betrekkelijk. Onverschilligheid en betrokkenheid zijn er in deze wereld voor een persoon. Zelf ben je meer dan de persoon in de wereld. Zelf ben je ook de wereld, voor zover er een wereld is. Juist doordat er geen scheiding is tussen Zelf en wereld zijn er geen persoonlijke houdingen van onverschilligheid en betrokkenheid, maar een oneindige sfeer van openheid en liefde.

Over de vrije wil -
Ook hier moet je een onderscheid maken tussen de diverse niveaus. 
a) Er is de ik-persoon die denkt dat hij vrij is in zijn keuzen. 
b) Vanuit het niveau van het geheel of van 'God' die alles weet is die persoonlijke vrijheid een illusie, want alles staat vast.
c) De hoogste waarheid is dat alles open is - daar kan niets over worden gezegd. Voor zover er bij de persoon een besef is van de identiteit met die openheid, is er vrijheid - niet in een persoonlijke zin, maar als onbeperkte openheid. Niveau b) wordt dan dus ook gerelativeerd.


Tweede brief

Als ik uw antwoord goed begrepen heb kan je zeggen dat alles vaststaat, maar dan spreek je nog steeds over een persoon waar alles voor vaststaat. De persoon wil dit niet graag aannemen. Echter, wanneer de persoon verdwijnt is er openheid. Dus op niveau B is er nog steeds sprake van een vrijheid of geen vrijheid voor een persoon en op niveau C is er geen persoon meer dus openheid en praat je niet meer over vrije wil of geen vrije wil.


Er is geen tweeheid

als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.


  • De elf grote Upanishaden


    De Upanishaden vormen de grondslag van een groot gedeelte van de Indiase filosofie. Ze worden ‘Vedânta’ genoemd, dat is het einde en de culminatie van de Veda’s. De wijsheid die in de teksten naar voren komt is nog steeds een onschatbare bron, zowel in India als daarbuiten. Centraal staat daarin de visie en zijnservaring dat de kern van zelf-zijn identiek is aan de grondslag van wereld en universum.
    In dit boek is een groot gedeelte van de belangrijkste Upanishaden (8e-6e eeuw v.Chr.) opgenomen.

  • Management en non-dualiteit

    In bedrijven en organisaties is meer aandacht gekomen voor de oriëntatie op samenhang, eenheid, heelheid, ongescheidenheid, kortom: non-dualiteit. Wat betekent deze ‘niet-tweeheid’ en op welke wijze kan zij in het eigen werk en in de organisatie doorwerken? Deze vragen staan in dit boek centraal.

  • Naar de Openheid

    De teksten in dit boek zijn geschreven op basis van gesprekken gehouden te Gouda, aangevuld met enkele gedichten en korte teksten met illustratie. 
    Als uitgangspunt dienen steeds bekende gegevens en situaties, waarin verwijzingen zitten naar dat wat niet te beschrijven is, maar dat hier Openheid wordt genoemd.

  • De bron van het zijn

    ‘Wat was mijn toestand, voordat er ervaring was? Wie was er om op deze vraag te antwoorden? … dat Ik dat geen vorm heeft en zichzelf niet kent als ik ben.’

Boeken

Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.

Bekijk het aanbod