Vertrouwen in het leven


25 januari 2006
Onze kinderen zijn nu rond de twintig en aan het studeren.
Non-dualiteit wordt ook wel genoemd: de natuurlijke staat. Daar moest ik aan denken bij de vraag naar ervaringen in het contact met jongeren. Het opgroeien van kinderen gaat vanzelf, als we het leven zich op natuurlijke wijze in kinderen kunnen laten ontvouwen – dat is het beste. Het veronderstelt wel dat er enig gezond verstand en evenwicht is in degenen die ze verzorgen en opvoeden.
De eenheidservaringen toen ze klein waren zijn talloos en zo gewoon: als baby de directheid van reactie als ze huilen, ook ’s nachts; als ze heel klein zijn en het fysieke contact, of gewoon maar aanwezig zijn, een onmiddellijk éénworden en ontspanning teweegbrengt.
Iets ouder: als ze ergens spelen en gevallen zijn, rennen ze naar mamma, en als mamma een kusje geeft is er even de grotere ruimte van het samenvallen in het contact en alles is weer goed en weg rennen ze. Wel eens als ze niet kunnen slapen: even bij ze liggen en de ontspanning maakt dat ze zo wegglijden.
Voor mijzelf: de toestand van zorgzame alerte aandacht als ze klein zijn en overal op gelet moet worden: de verbinding blijft, ook al spelen ze buiten of in een andere kamer; er is een toestand van gezamenlijke aanwezigheid die anders is dan de fysieke ruimte.
Voor mijzelf: de toestand van liefde, aangewakkerd door de zorgzame vertedering waarin ik ze ervoer als een wonder. Dit deed de existentiële situatie naar voren komen: alles wat is, is liefde en geluk; alles wat substantie lijkt is eigenlijk liefde. In dat gevoel van ‘wonder’ is alles goed; het neemt alles in zich op. Er is alleen maar wonder, zijn is wonder. Dat is ‘echter’ en dieper dan het dagelijkse gedoe waarin er natuurlijk af en toe wat problemen zijn: ze zijn soms lastig, wel eens ziek, het leven is soms druk etc, etc. Het verschil tussen mijn eigen kinderen en andere kinderen viel daarin ook weg. Mijn eigen kinderen vallen wel onder mijn directe dagelijkse zorg, maar de liefde en het wonder geldt voor allen en alles.
Terugkijkend is bij het opgroeien het vertrouwen in die onderliggende wonderbaarlijke goedheid die op niets is gebaseerd, die er gewoon maar is, belangrijk geweest. Fundamenteel is het goed en het leven ontplooit zichzelf: het opgroeien van kinderen is een kwestie van de normale zorg geven en verder toestaan, ruimte geven aan hoe het leven zich manifesteert in deze jonge mensen. Dat gevoel van: ‘het is goed’ is er al. Daar kan niets aan toegevoegd worden; er kan trouwens ook niet aan worden afgedaan. Dat geeft een grote ontspanning in de druk om iets te moeten bereiken, te hebben of mee te maken vóórdat je gelukkig kunt zijn. En het geeft vrijheid om je te ontplooien in het leven.
Nu is het leven vol verrassingen en hebben wij misschien geluk gehad dat er weinig problemen zijn geweest, ook niet in de puberteit: alles is heel gewoon en goed gegaan. Nu ze deze leeftijd hebben zijn het kinderen die heerlijk uit de voeten kunnen in hun leven, heel stabiel zijn en evenwichtig. Wij zeggen soms: ze zijn wijzer en verstandiger dan wijzelf.
Helemaal kinderen van deze tijd, met veel tv en films, veel feesten en sociale contacten, maar ook met een brede belangstelling en een verantwoordelijke houding in hun studie.
Misschien nog een voorbeeld: het kiezen van een studie. Voor mijn zoon was het al gauw duidelijk, die had een specifieke belangstelling, maar mijn dochter wist het werkelijk lange tijd niet. Zijzelf zei echter: op een bepaald moment weet ik het wel en anders neem ik een besluit. Zo is het ook gegaan en het bevestigde mijn beeld van contact met een innerlijk gevoel en vertrouwen daarin, samen met een praktische invalshoek.
Toen ik mijn zoon vroeg naar ervaringen kwam er niet zo veel bijzonders uit. Een opmerking is in dit verband wel de moeite waard: jullie hebben me nooit onder druk gezet; vanzelf wilde ik toch de school afmaken, wil ik de mogelijkheden die ik heb ontplooien etc. Natuurlijk wil ik later ook een mooi huis etc, maar ik ben vergeleken met veel anderen minder materialistisch en minder bezig met mijn sociale image.
Er zijn een aantal voorbeelden die ik heb gezien waar er soms grote problemen zijn ontstaan, juist bij talentvolle of gevoelige kinderen, die mij direct te maken lijken te hebben met een te grote druk op ‘de persoon’ om te presteren. Niet dat de ouders nu een soort schrikbewind voerden - er zijn situaties waarin ik niet kan zien hoe de invloed van de ouders ten kwade of ten goede heeft gewerkt - maar er was een houding van: het is pas goed als …, het leven is pas de moeite waard als … Dan meet men de waarde van het leven en van zichzelf af aan iets in de buitenwereld. Ontplooiing die floreert in vrijheid en openheid wordt dan gezien als een prestatie waar een kind teveel zelf voor verantwoordelijk is. Natuurlijk moet er ook wel werk verzet worden, maar als dat diepere vertrouwen ontbreekt, kan voor een kind de druk te groot worden.
Het belang van het leren ontspannen, juist ook voor jongeren, is mijns inziens dat iemand dan zelf intern voelt dat, los van alle bewegingen in het leven, het goed is en dat levend in dat vertrouwen het leven zich het beste kan ontplooien.
Een moeder

Er is geen tweeheid

als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.


  • Meditatieboekje

    Korte teksten die je meenemen naar openheid

  • Non-dualiteit - de grondeloze openheid

    Non-dualiteit is niet-tweeheid (Sanskriet: a-dvaita), de afwezigheid van scheidingen. Deze openheid vormt de kern van elke spiritualiteit en mystiek. Maar wat is non-dualiteit nu precies? Daarover gaat het nieuwe boek van Douwe Tiemersma. In zijn vorige boeken stond de non-dualiteit ook al centraal, maar nu laat hij stap voor stap zien wat non-dualiteit in de eigen ervaring betekent. Iedereen blijkt die ervaring te kennen en te waarderen.

  • De ander en ik

    Dit boek bevat de lezingen en enkele andere teksten van het 2e Advaita Symposium over de relatie van 'de ander en ik'. De vragen kwamen aan de orde: Wat is de aard van de ander; in hoeverre of in welke zin verschilt de ander van mij en in hoeverre vormen wij een eenheid? De bespreking van deze vragen kon een verheldering geven van problematieken als ‘de aard van het zelf’, ‘de mogelijkheid van communicatie’ (in hoeverre kunnen wij elkaar begrijpen?), ‘de grondslagen van ons morele gedrag’ en ‘de ander als leraar’.

  • Openingen naar Openheid

    In dit boek zijn ruim 120 korte teksten verzameld die openingen bieden naar die openheid. Deze blijkt uiterst eenvoudig te zijn. De teksten zijn stukjes van leergesprekken, bedoeld als stimuli om de aandacht te richten op openheid, iets daarvan te laten zien en zo de realisatie van openheid een grotere kans te geven. Ze vormen samen de essentie van het onderricht in non-dualiteit.

Boeken

Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.

Bekijk het aanbod