Een jaar na zijn dood - hij werd slechts twee-en-twintig jaar - schreef Willem Kloos ('Ik ben God in het diepst van mijn gedachten') een uitgebreid 'In Memoriam' bij de uitgave van zijn gedichten. Perk sluit aan bij de Tachtigers die de Schoonheid en de Liefde op nieuwe wijze bezongen. Velen kennen het begin van zijn 'Iris', de godin van de dageraad, sinds de schooltijd uit het hoofd:
Ik ben geboren uit zonnegloren
En een zucht van de ziedende zee,
Die omhoog is gestegen, op wieken van regen,
Gezwollen van wanhoop en wee: